Literatuurgeschiedenis: De Romantiek


Literatuur als politiek

1. Hoe kan het dat een gedicht over het verleden, als dat van J.F. Helmers, tot een bevel tot arrestatie kan leiden?
Het gedicht laat duidelijk blijken dat J.F. Helmers tegen de Franzen is. Het gedicht is zo anti-Frans dat  de Franzen het blijkbaar als een bedreiging zagen. Waarschijnlijk waren ze bang dat als mensen het lazen ze zich er in konden vinden en zo ook tegen de Franzen zouden keren.

2. Zoek op in welke tijd er ook censuur was op literatuur. Welke Nederlandse schrijvers hebben speciaal geleden onder die censuur?
Tijdens de tweede wereld oorlog was er censuur op Joodse werken. Niet alleen boeken maar ook andere kunstvormen zoals muziek en schilderijen van Joodse artiesten werden verbrand.

3. Wat was Het paard van Troje waarover Pieter van Woensel schrijft? Geef een korte moderne weergave van de inhoud van het fragment uit De Lantaarn, met name van het deel over de pauw en de slang.
De Patriotten werden tijden lang geholpen door de Franzen om de stadhouder af te zetten, ze wouden meer vrijheid. Toen ze deze eenmaal hadden afgezet namen de Franzen het bestuur echter over. Ze hadden de Franzen dus met open armen ontvangen alleen toen bleken het verraders en namen ze Nederland over. De Franzen worden met een pauw vergeleken omdat ze net zo trots zijn en voor niemand wijken. Ze worden met een slang vergeleken omdat ze zich stilhielden en toen ze de kans zagen toeslagen en Nederland overnamen.

 Gemor in de marge

1. Wat was het gevolg van de Belgische opstand voor de literatuur?
Tijdens de opstand werd er aandacht gegeven aan het verdedigen van het vaderland. Na de opstand werd er tijdelijk geen huiselijke poëzie gewaardeerd.

2. Op de literatuurgeschiedenispagina Romantiek in Nederland staat een citaat van Willem Bilderdijk over wat poëzie is. Hier vind je een citaat uit een gedicht van Isaac da Costa over poëzie. Vergelijk deze twee citaten. Hebben de dichters dezelfde opvatting over de dichtkunst? Hoezo wel of niet?
Ze hebben redelijk dezelfde mening. Beide streven niet naar huiselijke tevredenheid of vaderlandse rust. Ze willen allebei dichten en hun gevoel uiten, voor hun staat dit centraal. Dichten is niet bedoeld voor een maatschappelijk doel, maar het is een gevoel en een doel in zichzelf.

3. Zoek informatie over Adriaan van der Hoop jr. Zou je hem een romantische dichter kunnen noemen?
Je zou Van der Hoop jr. een romantisch dichter kunnen noemen. Een voorbeeld hiervoor is zijn opschrift Middernacht. Hij schrijft hier over een spooknacht. Dit is redelijk duister en eng, wat een van de kenmerken van de romantiek was. De romantische spooknacht is bedoelt om het noodlotsdrama dat zich voltrekt in De Renegaat, een berijmd verhaal te versterken. Aline en Fernando, die elkaar nauwelijks gevonden hebben, worden wreed door de dood gescheiden.

 Dat bliksems knappe boek: Max Havelaar

1. Max Havelaar is een uniek boek dat toch aansluiting heeft bij stromingen in de toenmalige letterkunde. Leg uit waarom het zowel bij het Realisme als bij de Romantiek hoort.
Het behoort tot het Realisme omdat Multatuli de Nederlanders wakker wou schudden met de waarheid van de gebeurtenissen in Nederlands-Indië. Hij wou dat de mensen daar beter behandeld zouden worden.
Het behoorde tot de Romantiek omdat het medelijden op wou wekken voor de Indiërs door de vreselijke gebeurtenissen die de Indiër in het boek overkomen. Ook lopen fictie en realiteit telkens met elkaar in conflict zijn, dit maakt ook dat het tot de Romantiek behoort.

2. Zoek op wat het cultuurstelsel inhield, wanneer het ingevoerd, wanneer het afgeschaft is.
Het cultuurstelsel was een belastingsysteem dat door Johannes van den Bosch , de gouverneur-generaal van Nederlands-Indië, werd in gevoerd in 1830. Het verving het landrentestelsel. Het cultuurstelsel werd rond 1870 afgeschaft. Voor winstgevende producten, zoals koffie, bleef het stelsel langer bestaan.
Het cultuurstelsel hield in dat als een soort van pacht, de inheemse bevolking van Nederlands-Indië 20% van hun grond moesten gebruiken om gouvernementsproducten te produceren, dus producten voor de Europese markt. Hieronder viel onder andere: indigo, thee, suiker en koffie. Deze producten werden door de Nederlanders in Europa verkocht.

3. Schrijvers in de negentiende eeuw waren maatschappijgericht. Daar zit een bepaalde literatuuropvatting achter. Beschrijf hoe je literatuuropvatting is als je denkt dat je met literatuur de maatschappij kunt beïnvloeden.
Als je met jouw literatuur de maatschappij wilt beïnvloeden, dan wil je vaak de maatschappij verbeteren. Je zal dan dus een progressieve literatuuropvatting moeten hebben. Je moet niet schrijven voor het succes maar moeten willen werken voor je geld. Je moet boeken kunnen schrijven met een echte inhoud verstopt in een verhaal dat mensen willen lezen.

 Terug naar de realiteit

1. Leg uit wat bedoeld wordt met `afvallige romantici’. Waardoor is de omslag naar het realisme bevorderd?
Afvallige romantici waren schrijvers/dichters/kunstenaars die geen aanhanger van de romantiek meer wilden zijn. Er wordt gezegd dat de uitvinding van de fotografie invloed heeft gehad op het eindigen van de romantiek.

2. Lees het verhaal `Wiege-Mie’ in de Betuwsche Novellen van J.J. Cremer. Geef aan waarom dit een realistische verhaal genoemd kan worden. Welke elementen dragen daar aan bij?
Cremer liet de boerenbevolking zien met dorpsverhalen. Hij schreef in het Betuws dialect en zo precies mogelijk. Hij liet ook evenementen zien zoals ze echt zouden kunnen gebeuren, met name het boerenleven. De dood is ook belangrijk in dit verhaal, aangezien de pleegouders van Wiege-Mie (Marie) overlijden.

3. Maak van het verhaal over `Wiege-Mie’ een romantisch verhaal, met behoud van de elementen van het vondelingetje, de wieg en de twee arme gezinnen waarin ze terechtkomt.
Wiege-Mie is ooit gevonden in een wiegje, vandaar dat ze Wiege-Mie wordt genoemt. Haar echte naam is Marie. Ze wordt wees op het moment dat haar ouders overlijden en wordt in huis genomen door de familie Janssen. De familie is erg arm maar toch zijn ze gelukkig. Wiege-Mie krijgt hulp van een Engel. Ze krijgt een hint in een droom dat er geld ligt in een wiegje. Ze vind het geld en zo kan de familie Janssen toch goed leven.

 Tachtig: de beuk erin

1. Met welke stroming in de poëzie die we eerder hebben gezien brak Tachtig met name? In welke opzichten?
Ze zette zich nogal af tegen het realisme. Ze werden mooischrijvers genoemd.

2. Zoek zelf een voorbeeld van woordkunst in Een liefde van Lodewijk van Deyssel. Licht toe met voorbeelden waar je van woordkunst kunt spreken.
De schrijfstijl is niet direct maar wat slingerend. De schrijver creëert een persoonlijke stemming, geen zakelijke beschrijving van iemand die in de tuin zit. Dit wordt impressionistisch genoemd.

3. Zoek een gedicht van Tollens over de natuur, en een van Herman Gorter. Wijs de verschillen in vorm en inhoud aan.
Mei van Gorter is een gedicht over de Nederlandse natuur. Er komen elven in voor en saters, een feest van goden in de hemel en veel bloemen. Het is het leven van de maand mei, in de gedaante van een jong meisje, met dezelfde naam. Het gedicht verhaalt haar leven in drie delen.
Van Tollens vind ik geen gedichten over de natuur. Hij schreef meer over dingen die hem bezig houden en over dingen die de lezer zou herkennen, zoals bijvoorbeeld zijn gezin. Ook schreef hij liefdadigheidpoëzie.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten